Dit zijn de 9 psychologische kleedkamertrucs van coaches

Column – Je kunt als coach de hele wedstrijd ‘als een idioot’ (René van der Gijp) langs de kant druk lopen doen, zoals Fatih Terim van Turkije. Of je kunt de hele wedstrijd heel heftig kauwgum kauwen, zoals Carlo Ancelotti (ex-Real Madrid, aankomend seizoen Bayern München), en verder een beetje toekijken.

Wetenschappelijk is er nog geen bewijs dat het ene beter is dan het andere.  Soms wordt de rol van de voetbalcoach overschat. Soms wordt hij duidelijk onderschat, in het geval van Danny Blind. Wat telt, is waar de coach wél invloed heeft, en dat is in ieder geval de opstelling. Maar vooral: De Rustbepreking Om Het Tij Te Keren.

Stiekem weet de coach dat zijn grootste moment van invloed in de afgesloten ruimte van de kleedkamer plaats vindt. Maar niet elke coach heeft de ballen om zijn broek te laten zakken in de kleedkamer, zoals Louis van Gaal, heeft de energie van hockeycoach Christoph Bechmann of het charisma en de verbale vaardigheden van Al Pacino: ‘We’re in hell right now gentlemen, and we can stay here and get the shit kicked out of us, or we can fight our way back into the light. We can climb out of hell. One inch at a time.’

Als de eerste helft tegenvalt en de voetballers of sporters onderpresteren of dienst weigeren, kan de coach maar één ding doen. Uitpakken met die epische rustbespreking en vooral, die psychologische truc, zodat de sporters met bloeddoorlopen ogen weer het veld oplopen, in de veronderstelling dat ze een oorlog moeten winnen. Dit zijn 9 veel toegepaste trucs, in willekeurige volgorde.

De Keiharde Afzeikspeech – ook wel Donderspeech.

Zo oud als sport zelf is de donderspeech. Het gaat uit van de oude theorie die je bij de studie communicatiewetenschap aan de universiteit leert – de inleiding tot de communicatiewetenschap A –  de ‘Injectienaaldtheorie’, vooral gangbaar tot de Tweede Wereldoorlog. Dat suggereert dat de media – de zender – alle macht heeft en het publiek dit slikt. Media injecteert, publiek ondergaat het. Coach zeikt af, spelers luisteren?

Maar het probleem met de donderspeech is de timing. De coach kan niet elke rustbespreking keihard schreeuwen,  mensen kleineren en uitkafferen. Een kleedkamer is geen concentratiekamp. Jarenlang elke week twee donderspeeches stompt af. Spelers zullen hun pupillen op de grond richten en mentaal afscheid nemen van deze coach en dat is dodelijk voor het resultaat. De Keiharde Afzeikspeech is de joker in een spel van kaarten, die je als coach per seizoen een handvol keer kan toepassen. Beter dus om deze troefkaart niet in te zetten tijdens de eerste poulewedstrijd.

Maar de stilte valt zo hard dat het wel waar moet zijn

Voor de bejaarden onder jullie: dit is een deel van een songtekst van Van Dik Hout. Wie? Maakt niet uit. Er zijn in ieder geval kinderen op dit nummer verwekt, die nu al bijna aan het doorfokken zijn. De coach kan de kleedkamer inlopen, voor de groep gaan staan en – heel stoer – bewust zijn mond houden. Dit is de truc die een beroep doet op de hiërarchie binnen de groep. Wie is de natuurlijke leider en wie kan het team motiveren? Hij of zij wacht nu totdat de speler of speelster van het team zelf de handschoen aanneemt en het woord neemt.

The Oscar Goes To…

Een huilende coach voor of na een wanprestatie klinkt onrealistisch, maar het gebeurt. Het is ondergetekende overkomen in de bespreking vóór de wedstrijd. Plaats van handeling: een huiskamer in Utrecht, waar we verzamelden voor de wedstrijd in Den Haag. We hadden na de winterstop elke wedstrijd verloren en dus gooide de coach het op emotie. Terwijl de tranen vloeiden had het hele team last van plaatsvervangende schaamte. Nog steeds weten we niet of die coach goed kon acteren of dat de tranen echt waren. Maar dit behoort tot het arsenaal van de coach. Als hij een psychopaat is.

De CR7 van het team helemaal afbranden

Pure manipulatie. Na een belabberde eerste helft de onbetwist beste speler van het team he-le-maal affikken. De grond in boren, zeggen dat hij een schande is voor het team. Psychologisch wekt dit bewondering bij de groep. Zo zo, de coach durft zelfs onze sterspeler aan te pakken.

Niemand die heeft gezien dat de coach zijn sterspeler van tevoren heeft ingelicht over deze situatie.

Met Cruijffiaanse retoriek proberen uit te pakken

‘2-0 is een gevaarlijke stand. Als zij de aansluitingstreffer maken, zullen ze er nog meer in gaan geloven.’

‘Het staat 3-0. Dat is mooi. We hebben de wedstrijd in handen, maar we moeten hem nog wel in de pocket stoppen.’

Etc..

De waterdrager op het schild hijsen

De eerste helft was uien. De mastodonten verslikken zich in hun eigen ambitie en zelfontplooiing. De geprojecteerde sterspeler – we noemen een Kevin de Bruyne – speelt in een ondraaglijk laag tempo. Enter: de minder begaafde linksachter zonder talent die als enige wél presteert.

‘Kijk dan naar Dirk. De modder op zijn sokken, het bloed op zijn wangen. Hij kan misschien niet alles met een bal, maar hij geeft wél 200 procent. Wees meer als Dirk. We moeten allemaal meer als Dirk zijn. We moeten Dirk-voetbal gaan spelen.’

De Grote Verdwijntruc

Dit is de Hans Klok onder de coachtrucs. Niemand nam verantwoordelijkheid tijdens de eerste helft. Dan resteert De Grote Verdwijntruc. Gewoon niet op komen dagen in de kleedkamer. De eerste minuut wacht het team gelaten af. Na een paar minuten begint het lichtje te branden. Dit is die truc, die minimaal één keer per jaar kan worden toegepast. De spelers zullen het zelf met elkaar moeten regelen.

Maximus, Maximus!

Het verhaal dat Richard Krajicek in 1996 de dag voor de gewonnen Wimbledonfinale Braveheart heeft gekeken en wellicht op Daphe Deckers lag is misschien bekend. Dat Frank de Boer bij Ajax zijn video operator de opdracht gaf om wat beelden van Michael Jordan en Lance Armstrong – oh wacht, Lance, echt? – te monteren om de groep te motiveren, is misschien ook bekend. En waarom? Omdat het altijd werkt. Zet een beamer neer, zet het geluid op maximaal en de mannen lopen schuimbekkend het veld op.

Fragmenten: Russel Crowe – Maximus Aurelius – die zegt: “Brothers, what we do in life… echoes in eternity.”

Of het moment dat Aragorn, son of Arathorn, voor het grote Orc-leger staat in de laatste grootste epic battle of Middle Earth, waarin de Dark Lord Sauron wordt verslagen. En schreeuwt: ‘For Frodo,’ waarna hij in z’n eentje op het leger Orcs afrent.

‘Alles gegeven’

Dit is gewoonweg saai, maar zelfs wetenschappelijk is bewezen dat positief coachen beter werkt dan heel kritisch. Een van de meest bijzondere comebacks in het moderne voetbal is de Champions League finale van 1999, toen het Manchester United Bayern München de Duitsers even Duitserde en deed wat de Duitsers zelf altijd doen: in blessuretijd de winnende goal maken. De goals van Teddy Sheringham en Ole Gunnar Solksjaer na de negentigste minuut leverde een 2-1 zege op. En wat zei Ferguson in de kleedkamer in de rust, volgens spits Andy Cole:

‘Hij bleef positief, ondanks dat we 1-0 achter stonden en slecht speelden. Hij benadrukte dat het een Europese finale was en zei dat sommige spelers dit nooit meer zouden meemaken en dat we er alleen ervoor moesten zorgen dat we aan het einde van de wedstrijd het gevoel moesten hebben dat we alles hadden gegeven op het veld.’

Share

Geef een reactie